Wildkamperen kan in het begin best spannend lijken. Maar als je eenmaal weet wat de bedoeling is, is het best simpel. En hoe vaker je gaat, hoe meer tips je zelf verzameld. 

Tip 1: De regels.

Wild kamperen is niet in elk land toegestaan. En per land is het enorm verschillend wat de regels zijn voor wild kamperen. Zelfs in hetzelfde land kunnen de regels weer verschillen per gebied. Dus doe voordat je weg gaat goed onderzoek. Het zou natuurlijk erg zonde zijn als je ergens weg wordt gestuurd met een boete. Dat hoeft niet ingewikkeld te zijn. Meestal kan Google je daar prima bij helpen. Over het algemeen is de regel: Leave nothing but footprints, Take nothing but pictures, Kill nothing but time. 

Tip 2: Oefen een keer in de buurt.

Als je nog nooit in een tent hebt geslapen, wil je dat de eerste keer niet in the middle of nowhere doen. Misschien is het wel helemaal niks. Krijg je de tent niet opgezet, wordt je claustrofobisch in een slaapzak of krijg je maar niet dat brandertje aan de praat. Oefen een keer in de buurt, desnoods in je achtertuin, gewoon voor 1 nachtje. Zet de tent een paar keer op. Het kan namelijk voorkomen dat je de tent met minder licht moet opzetten als je zou willen. Of kook een keer op een brandertje. Dan weet je ook bijvoorbeeld hoe lang het duurt voordat je water kookt. 

Tip 3: Kies de juiste plek om je tent op te zetten. 

De juiste plek voor je tent is belangrijker dan je denkt. Je wilt natuurlijk niet wakker worden met een rivier in je voortent. Als eerste is het belangrijk dat je een zo vlak mogelijke plek kiest. Lukt dat niet, zorg er dan voor dat je met je hoofd hoger ligt, dat voelt het meest fijne aan. Haal eventuele stenen of dennenappels weg om beschadigingen aan je grondzeil te voorkomen. En zodat je niet net op die steen ligt.

Kies niet voor de laagste plek. Als je overvallen wordt door regen, dan loopt al dat water zo jouw tent in, en dan wordt het een modderbende. Houdt ook rekening met de wind. Die wil je niet op de ingang van je tent hebben staan. Je kan ook nog kijken waar de zon op komt, en of je dan vol in de zon staat. Maar als het maar voor 1 nachtje is, is dat misschien iets minder belangrijk.

Tip 4: Zorg voor een goede plek om naar de wc te gaan.

Je hebt er misschien nog niet over nagedacht, maar ook tijdens wild kamperen moet je naar de wc. Zorg dat je tenminste 50 meter verwijderd bent van water. Zowel voor jezelf, als voor alle andere dieren die nog na jou gebruik willen maken van die plek. Voor de grote boodschap doe je er goed aan om een gat te graven van 15-20 cm. Die je daarna ook weer netjes dichtgooit. Ga je met meer mensen wildkamperen, spreek dan goed af waar je gaat en of je eventueel markeert waar je bent geweest. Je wilt natuurlijk niet het gat van een ander tegenkomen. 

Het nadeel van naar de wc moeten tijdens het wildkamperen, is dat je je papier weer mee moet nemen. Dit omdat het erg lang duurt voordat het volledig afgebroken is. Je moet het dus bij je dragen met de rest van je afval. Ideaal is een zak die je weer volledig kan sluiten, zodat je niet constant in de lucht zit of loopt. 

Tip 5: Let op je gewicht.

Nee, ik bedoel niet je persoonlijke gewicht. Maar het gewicht van je tas. Je moet tenslotte alles zelf sjouwen. En soms kan het voorkomen dat je wat verder moet lopen voor een goede plek voor de tent. Dus denk met alles wat je mee wilt nemen goed na of het echt nodig is. En als je nog dingen moet aanschaffen, kijk dan goed naar het gewicht. Als je wat meer ervaring hebt met wildkamperen, of kamperen in het algemeen, kom je er achter wat je eventueel thuis kunt laten. 

Tip 6: Pak je eten over in herbruikbare verpakkingen.

Dit is een goeie tip voor 2 redenen. Als eerste zorgt het ervoor dat je veel minder afval hebt. En dus houd je meer ruimte over in je tas. De tweede reden heeft te maken met de verschillende wilde dieren die je tegen kan komen. Want een herbruikbare verpakking betekent ook dat je de verpakking weer dicht kan doen. Dus geur is een veel minder grote factor. 

Natuurlijk verschilt het enorm welke dieren je tegen kan komen. Dat ligt er helemaal aan waar je naartoe gaat. Met grote dieren zoals herten, rendieren en beren kan het ook nog eens gevaarlijk worden. Dus zorg voor goede herbruikbare verpakkingen. 

Tip 7: Neem ook een kaart en kompas mee.

Hoewel je tegenwoordig een hoop manieren hebt om te navigeren, gebruiken die apparaten allemaal stroom. En opladen gaat nou eenmaal niet zo makkelijk in de natuur. Dus als dat je enige maniere van navigeren is, vergeet het dan maar. Natuurlijk zijn er een hoop manieren om je spullen weer op te laden, maar niks is zo betrouwbaar als een ouderwetse kaart en kompas en dus bijna onmisbaar tijdens wildkamperen. Er vanuit gaan, en we kunnen dit niet vaak genoeg zeggen, dat je weet hoe het werkt. 

Tip 8: Niet altijd zo licht mogelijk.

Met wild kamperen gaat het erom dat je zo licht mogelijk op pad gaat. Maar een paar luxe artikelen kunnen een hoop uitmaken als het gaat om comfort. Denk bijvoorbeeld aan een klein, misschien opblaasbaar, kussen. Ikzelf vind namelijk een goede nachtrust erg belangrijk. Of, als de ruimte en gewicht het toelaat, een opvouwbaar stoeltje. Maar denk bijvoorbeeld ook aan een boek, of een muziekje. 

Bergbeklimmers sjouwen soms een fles champagne mee naar boven. En dan moeten ze ook nog eens de lege fles weer mee terug nemen. Maar voor hun is dat euforische moment van die fles openmaken op de top het allemaal waard. Dus het gaat niet altijd om gewicht.